BioMCN breidt uit en verduurzaamt methanolproductie
12/13/2018
BioMCN neemt binnenkort in Delfzijl een tweede methanolproductielijn opnieuw in gebruik. Dat betekent veel extra werk voor contractors en nieuwe banen. Tegelijkertijd verduurzaamt het bedrijf zijn productie via een toenemend percentage bio-methanol. CEO van BioMCN Søren Jacobsen: ‘We zijn nog lang niet klaar. Het groeiende aandeel bio-methanol is onderdeel van onze verduurzamingsstrategie.’
BioMCN is onderdeel van OCI, dat in Nederland op de Chemelot site in Limburg kunstmest produceert en in Delfzijl, bij BioMCN, methanol. Søren Jacobsen: ‘De fabriek in Delfzijl stamt uit de jaren zeventig en maakt, naast bio-methanol, vooral methanol uit aardgas. Dit gas komt niet uit Groningen, wat je gezien de geografische ligging misschien zou verwachten, maar wordt geïmporteerd uit Noorwegen, Rusland en andere landen, via de Rotterdamse LNG Gate terminal.’ Wereldwijd wordt jaarlijks 80 miljoen ton methanol geproduceerd. De Europese markt is goed voor zo’n acht miljoen ton methanolproductie. BioMCN produceert momenteel 450 kiloton per jaar en gaat die capaciteit verdubbelen. Daarmee wordt het een nog belangrijkere speler: de productie komt immers in de buurt van een miljoen ton. De hier geproduceerde methanol wordt voor zo’n zeventig procent gebruikt als grondstof voor de chemische industrie. De andere dertig procent wordt ingezet voor de productie van transportbrandstoffen zoals MTBE en biodiesel.
Stijgende vraag
De vraag naar methanol is groter dan het aanbod. En de vraag stijgt alleen maar. Jacobsen: ‘In China zijn ze bijvoorbeeld volop bezig met MTO (methanol-to-olefines): een chemisch proces om lichte olefines, voornamelijk etheen en propeen, te produceren uit methanol. Ook stijgt de vraag door verplichte bijmenging van biobrandstoffen. Wereldwijd gezien komen er maar mondjesmaat fabrieken bij. Bouw van een nieuwe methanolfabriek vergt een enorme investering. Het gebeurt heel af en toe, maar niet in Europa. Vandaar onze beslissing om de tweede productielijn van BioMCN opnieuw in gebruik te nemen. Die stond er namelijk al, maar was twaalf jaar geleden uit bedrijf genomen. Dat betekende dat er flink wat renovatiewerk moest plaatsvinden, maar dat weegt niet op tegen de investering in nieuwbouw.’
Bio-methanol
Het aandeel bio-methanol in de totale methanolproductie ligt momenteel op zo’n vijftien procent. BioMCN produceert bio-methanol op twee manieren. De eerste manier is door gebruik te maken van biogas uit biovergisters. ‘Dat biogas komt uit bestaande biovergistingsinstallaties in Nederland’, vertelt Jacobsen. ‘Zij maken biogas uit bijvoorbeeld koemest en werken dit op tot gasnetkwaliteit. Wij kopen dit en maken er bio-methanol van. De tweede manier is gebaseerd op CO2-injectie. In ons proces hebben we een overschot aan waterstof. Bij het opwerken van het biogas komt CO2 vrij. Die CO2 nemen we af; we transporteren het naar onze fabriek en injecteren het in onze waterstof, om er zo bio-methanol mee te produceren.’
Verduurzamingsstrategie
Het groeiende aandeel bio-methanol is onderdeel van een verduurzamingsstrategie. Jacobsen vertelt dat BioMCN momenteel studeert op drie mogelijkheden op weg naar verdere verduurzaming van de methanolproductie. ‘De eerste is het verminderen van onze CO2-uitstoot door een eigen biovergister te bouwen. In de tweede optie werken we samen met Gasunie en Nouryon aan de bouw van een 20 MW elektrolyzer. Daarmee splitsen we water, met behulp van windenergie, in zuurstof en waterstof. Deze duurzaam geproduceerde waterstof benutten we samen met CO2-injectie voor productie van bio-methanol. En tenslotte onderzoeken we de mogelijkheid om huishoudelijk afval te vergassen en dit syngas in te zetten in onze fabriek.’ Jacobsen schat in dat ten minste een van de drie opties door zal gaan. ‘De laatste vergt een enorme investering, dus dat durf ik niet te voorspellen. Maar de andere twee zijn kansrijk.’
Regelgeving
Kansen en uitdagingen in deze verdere verduurzamingsstappen zitten ‘m volgens Jacobsen vooral in onzekerheid over wet- en regelgeving. ‘Verduurzaming vergt grote investeringen, dus je moet wel weten of je het kunt terugverdienen. Er is nog teveel onzekerheid rondom het Klimaatakkoord. Wij hebben als industrie heel veel ideeën en projecten aangedragen om te verduurzamen, maar we kunnen niet alles zelf betalen. Daarom vragen we de overheid om een deel van de investering te subsidiëren. De vraag is of dat gaat gebeuren en zolang die onzekerheid er is, blijven ook zulke investeringen onzeker.’ Goed nieuws voor BioMCN kwam er onlangs uit Brussel: er komen nieuwe EU-bijmengregels voor advanced biofuels. BioMCN zet al jaren in op de productie van advanced biofuels die gemaakt zijn uit afvalstromen. Door de bijmengverplichting voor advanced biofuels is BioMCN in ieder geval tot 2030 verzekerd van een afzetmarkt voor zijn bio-methanol. ‘Het punt is dat deze richtlijn geldt tot 2030 en we niet weten wat er daarna komt’, stelt Jacobsen. ‘Ik hoop in elk geval dat de weg naar groene grondstoffen voortgezet wordt. En dat er een serieuze markt ontstaat van methanol voor scheepvaart. Dat dit goed mogelijk is, is al lang bewezen. Alleen is stookolie nog veel goedkoper. Wanneer we de overschakeling naar bio-methanol durven te maken, betekent dat dus een grote impuls voor de vraag.’